|  
               
              In het Kerstnummer 2009 van het weekblad Draf&Rensport stond 
              onderstaand artikel van de onvolprezen Durk Minkema. 
               
              Titel: Een eeuw lang dames op koers  
               
              Anno 2009 hebben de vrouwen in de wereld van de draf- en rensport 
              een volwaardige plaats ingenomen. Dat was in de beginjaren, zoals 
              in zoveel sporten, anders. Toen was het een zuivere aangelegenheid 
              voor de mannen, die overigens wel konden genieten van het vrouwelijke 
              schoon, dat eind 19e eeuw deel uitmaakte van het publiek, vooral 
              op de renbaan van de garnizoensstad Breda, maar ook op Clingendaal 
              en Cruysbergen. 
               
              Elisabeth Kuys 
              Ruim 100 jaar geleden, om precies te zijn op 28 mei 1908, had de 
              gezellige draf- en renbaan Cruysbergen in Bussum de primeur van 
              de eerste vrouwelijke deelnemer aan een draverij. Het was Elisabeth 
              Kuys uit Den Haag die uiteindelijk succes had in haar volhardend 
              streven om een rijvergunning te bemachtigen. Ze reed haar eigen 
              paard, de driejarige hengst Locomotief en dat gebeurde niet in een 
              doorsnee koers maar in de tweede Nederlandse Derby voor dravers. 
              Ze had die dag overigens nog weinig geluk want ze hield haar paard 
              in. Doch ook de aanvankelijke winnaar van die Derby, Lazuur, had 
              geen succes omdat die gediskwalificeerd werd wegens couperen van 
              de tweede aankomende Redmond, die tot winnaar werd uitgeroepen. 
              Maar bovendien bleek Lazuur zijn km. tijd met maar liefst 29 seconden 
              verbeterd te hebben. Deze opmerkelijke vormverbetering, waarvoor 
              de trainer kennelijk geen afdoende verklaring kon geven, was voor 
              het draverij-comité aanleiding om het paard voor zijn leven 
              van deelname uit te sluiten. En zowel de eigenaar als de trainer-pikeur 
              werden voor de rest van het jaar deelname aan de draf-en rensport 
              en toegang tot de baan op koersdagen ontzegd. Nu was die eigenaar 
              niemand minder dan Walter Jochems, die als bezitter van Duindigt 
              dus niet op zijn eigen renbaan mocht komen. Hij had 3 dravers en 
              34 renpaarden in zijn bezit, die ook niet meer mochten starten. 
              De kwestie Lazuur gaf dan ook aanleiding tot veel beroering en veel 
            ingezonden stukken in de Nederlandsche Sport. 
             
            
              
              Boven: Mej. Elisabeth Kuys rijdt haar eigen paard Locomotief in de  
                2e Derby in 1908 op de baan van Cruysbergen. Daarmee was zij  
                de eerste vrouwelijke deelnemer aan een draverij in ons land. 
 Ze was deftig en kuis gekleed zoals het in die tijd hoorde, 
met een rok aan en een mooie hoed op.  
In het publiek opvallend veel vrouwen.  
              (Uit: Revue der sporten) 
 
              
              Boven: Mej. Elisabeth Kuys heeft met haar eigen paard Locomotief  
               op Woestduin in de laatste bocht nog de leiding, maar helemaal links  
               komt Dolgoroeki aangesneld en hij gaat winnen, voor Locomotief  
               en Cresus. Datum 24-09-1909.  
              (Uit: Revue der sporten) 
 
              
              Boven: Close-up van Mej. Elisabeth Kuys en Locomotief.  
               Ze rijdt met  een lichte uitrijkar met haar voeten in het bakje,  
                zodat haar rok alles keurig bedekte.  
              (Uit: Revue der sporten) 
 
            
             
              Terug naar mejuffrouw Kuys. Het bestuur van de Algemeene Harddraverij 
              Vereeniging, die de koersen op Cruysbergen organiseerde, reikte 
              haar die dag als blijk van waardering een keurige bloemenmand uit. 
              Het volgende jaar liet zij haar vergunning als eigenaar-rijder omzetten 
              in een vergunning als leerling-pikeur (bij Jan Koster in Heemstede) 
              en won ze uit 16 starts haar eerste koers met dezelfde Locomotief 
              op 29 september 1909 op Duindigt. Later zou Elisabeth Kuys met haar 
              paard Major Henry nog verschillende malen als eigenaar-rijdster 
              tussen de mannelijke professionals aan de koersen deelnemen. 
             
            
              
              Boven: Mej. Elisabeth Kuys en de schimmel Major Henry. 
                Ook in de jaren 20 had ze nog een kuise rok aan en een hoed op. 
                Uit: D.A. van Stralen, Kalender der Draverijen 
                en Paarden-Album 1923. 
             
            
            
              'Heerrijder' 
              De volgende vrouwelijke voorloopster was Mej. Lijnkamp. Zij won 
              bij haar eerste start de heerrijderskoers in Boxtel op 29 juni 1919 
              met de merrie Dora, een paard van haar vader, de toen bekende eigenaar 
              J.B. Lijnkamp uit Halfweg. Zij maakte dat jaar nog een start, overigens 
              zonder resultaat, daarna komen we haar naam niet meer tegen. Het 
              feit dat zij als heerrijder was geaccepteerd was opmerkelijk en 
              getuigde er van dat de Nederlandse Heerrijders Club een ruimhartiger 
              standpunt innam dan zijn latere opvolger, de Nederlandse Amateurrijders 
              Club. Die zag er met de komst van de amatrice-draverijen in 1951 
              niets in om hun club open te stellen voor de vrouwelijke collega's, 
              zodat de amatrices in 1967 een eigen belangenvereniging oprichtten, 
              de Ned. Ver. Van Amatrices. 
			   
              Eerste draverij voor dames 
              Elisabeth Kuys was niet alleen als eigenaar en rijder actief. Ze 
              was als secretaris-penningmeester de drijvende kracht achter de
              Paardensport Vereniging Houtrust, die vanaf 1912 de veel bezochte 
              800 meter-draverijen op Houtrust organiseerde, welke er in belangrijke 
              mate aan hebben bijgedragen dat de drafsport na het verbod op de 
              totalisator in 1911 niet geheel verloren ging in ons land. 
              Op 5 september 1926 organiseerde zij de eerste damesdraverij in 
              Nederland op 'haar' baan Houtrust. Dat was uiteraard een 800 meter-koers 
              en van de vier deelneemsters won mevr. Pennings-de Vlieger, een 
              telg uit een bekende drafsportfamilie uit de Haarlemmermeer, met 
              Idylle. Ook in 1931 en 1932 wist Elisabeth Kuys een draverij voor 
              dames op het Houtrust-programma te krijgen.
               
             
            
              
              Boven: Een oude foto met onderschrift. Iemand heeft achter 
                de naam Mevrouw Pennings geschreven: - de Vlieger. 
                Vast familie van Dirk en Jan de Vlieger. 
                Zij won de zogenaamde dames-koers op Houtrust 
                in 1926 met Idylle. 
               
 
              
              Boven: Dit kleine fotootje komt uit het Heikens-archief,  
                met onderschrift: dames-koers op Houtrust. Het gaat om dezelfde 
                koers, want als je goed kijkt herken je Mevr. Pennings met Idylle 
                 
                als tweede van links. Zo te zien dragen de dames rokken.  
                Zouden die met knijpers vastzitten?  
               
 
              
               Boven: De deelneemsters aan de dameskoers op Houtrust 
                op 2 augustus 1931. V.l.n.r. mej Pronk, mej. v.d. Touw, 
                mevr. Pennings-de Vlieger, mej. Oosthoek en  
                mej. Martha de Vlieger. 
                De rijbroek heeft haar intrede gedaan, 
                twee rijden nog met een rok aan. 
                Uit: Paard en Paardenwereld, 6 aug. 1931 
               
            
             Definitieve doorbraak 
              Daarna zou het tot 1951 duren voordat de amatrices definitief hun 
              intrede in het koersgebeuren bij de drafsport maakten. Maar liefst 
              23 amatrices bestreden elkaar dat jaar in vier draverijen. De eerste 
              vond plaats op 30 september 1951 op de baan in het Groningse Stadspark 
              en moest vanwege de grote belangstelling van de zijde der dames 
              gelijk gesplitst worden in twee afdelingen. De eerste afdeling werd 
              gewonnen door Janna Peenstra (de latere mevr. Dragt-Peenstra) met Notre Dame, de tweede door Mientje Oosting (de latere 
              mevr. Slager-Oosting) met New Spencer. Dat heeft Elisabeth Catharine 
              Kuys, die in 1957 op 79-jarige leeftijd overleed, nog mogen meemaken. 
              Mej. Kuys was altijd met het draverij-gebeuren verbonden gebleven 
              en maakte van 1939 tot 1949 deel uit van de het Stamboekbestuur 
              en was vanaf 1945 ook bestuurslid van de KNHRV. Van haar grote kennis 
              van de fokkerij hebben velen kunnen profiteren. 
             
            
              
              Boven: Draf-Amatrices in het beginjaar van de georganiseerde 
                 
                amatrice-koersen. Dit zijn de deelneemsters aan de  
                Jacoba van Beieren-prijs te Duindigt op 13 oktober 1951.  
                - voorste vijftal v.l.n.r.: mej. Martha de Vlieger (zus van Jan), 
                 
                mevr. Schoonderwoerd-Verbeek, mej. Nelly Wagenaar  
                (later met Tom Kooyman getrouwd), mevr. Boomgaard,  
                mej. Atie van Rijswijk 
                - tweede vijftal v.l.n.r.: mej. M. van Wijk (later met  
                Jan van Dooyeweerd getrouwd), mej. E. van Gaalen,  
                mevr. Post-Pronk, mej. G. Ensing (later met Bram  
                Nottelman getrouwd), mej. C. Fokke 
                - bovenste drie v.l.n.r.: mej. Janna Peenstra (later  
                met Joop Dragt getrouwd), mej. H. Oosting, mej. E. Veenstra. 
                (foto uit het Heikens-archief) 
               
 
              
                 
                     | 
                 
               
              Boven: Dezelfde deelneemsters aan de Jacoba van Beieren-prijs 
                tooien zich voor de foto met een "Funny hat", een leuk hoedje. 
                 
                v.l.n.r.: mej. C. Fokke, mej. E. van Gaalen, mej. M. van Wijk, 
                mej. E. Veenstra, , mej. Atie van Rijswijk, mevr. Boomgaard, 
                mej. Mientje Oosting, mej. Janna Peenstra, mej. A. Hop, 
                mej. Nelly Wagenaar, mevr. Post-Pronk,  
                mevr. Schoonderwoerd-Verbeek. 
                Mej. C. Fokke (links) draagt een bos bloemen want zij heeft de 
                 
                eerste afdeling gewonnen met Nuni Brewer. Nelly Wagenaar won 
                de andere afdeling met Lady Zora en werd tweede met  
                Mr. Fried in de eerste afdeling. 
                (foto uit het Heikens-archief) 
               
            
            
              Damesrennen 
              Ook in de Nederlandse rensport zouden de vrouwen als actief deelnemer 
              hun intrede doen en wel in het jaar 1934. Tot die tijd had men twee 
              soorten rennen, voor jockeys of voor heerrijders (+ officieren). 
              In 1933 waren er van de eerste categorie nog 27 rennen en van de 
              tweede 29. Maar in 1934 was er een groot gebrek aan professionele 
              jockeys, hetwelk versterkt werd door het feit dat de toen meest 
              succesvolle trainer en jockey voor bijna twee jaar geschorst was. 
              Er was kennelijk grote belangstelling van de zijde der dames om 
              aan rennen deel te nemen en de KNHRV gaf in het begin van 1934 al 
              11 rijvergunningen af aan amatrices, allen afkomstig uit Den Haag. 
              De eerste ren voor amatrices vond plaats op zondag 22 april 1934 
              op Duindigt en werd gewonnen door freule M.O. Quarles van Ufford. 
              In totaal werden dat jaar 20 damesrennen gehouden, naast 21 voor 
              officieren en heerrijders. Geen enkele jockey-ren werd dat jaar 
              verreden en trouwens ook niet in 1935. Onder de succesvolle amatrices 
              treffen we naast freule Quarles van Ufford namen aan als mej. I. 
              Roderwald (later mevr. Siem-Roderwald), mej. G.P. Pauptit, mevr. 
              J. Hensen, mevr. Daphne van Hoboken van Hoedekenskerke en mej. M.M. 
              Wilson. 
              In 1935 waren er 18 amatricerennen, in 1936 tien, in 1937 nog één 
              en daarna was het voorlopig gebeurd. Ze hadden weer plaats gemaakt 
              voor rennen voor jockeys. Pas in 1944 kwamen de amatricerennen terug 
              op het programma. 
               
             
            
              
               Boven: Op zondag 22 april 1934 werd op Duindigt  
                de eerste ren voor amatrices gewonnen door 
                freule Quarles van Ufford met Elass.  
                Uit: Het Paard 2 (1934) 17. 
                 
              
              Boven: Dit is renamatrice Lientje Wagenaar uit Den Haag,  
                die haar hobby met haar leven moest bekopen.  
                Zij nam op 1 juli 1949 met haar lievelingspaard  
                Etoile du Nord deel aan de Prix des Dames op de  
                baan Boitsfort bij Brussel en leek op een onbedreigde 
                overwinning af te gaan. Tweehonderd meter voor de 
                finish kwam zij plotseling noodlottig ten val,  
                hetgeen zij niet overleefde. 
               
               
              
              Boven: Eén van de eerste vrouwen in een mannenbolwerk: 
                Renamatrice Lientje Wagenaar heeft een koers gewonnen op Duindigt. 
                Zij houdt de hand vast van Truusje Riem, de dochter van Bertus Riem, 
                die achter haar staat. (Truus heet nu Van der Kraats). Rechts van Bertus 
                staat Daan Modderman en voor hem zijn zoon Arent, later bekend als 
                jurylid. Links van Bertus Riem staat de broer van Lientje, Dick Wagenaar. 
                Geheel links staat Victor de Groot en daarnaast de heer Ponsen. 
                Een vrouw waagt zich in een mannenwereld.  
               
               
			  
              
               Boven: Annemiek Beissel von Gymnich (links op de foto) 
                bij de huldiging van de door haar getrainde Fangoline, 
                winnares van de Duinrell-prijs op 12 juli 1981 op Duindigt. 
                Aan het hoofd van het paard groom Gwen de Bats. 
               
                 
              
               Boven: Hier geniet Ina Schwarzkächel van  
                een verversing na haar overwinning in de Wassenaarse 
                Pauw op 31 augustus 1973 op Duindigt. 
                (foto Jacques van Bellen) 
               
                 
              
			 Boven: Patty van Bloemen Waanders als jockey.  
            Foto genomen op 16 maart 1977. 
               
            
             Vrouwelijke renprofessionals 
              Pas in de jaren zestig van de twintigste eeuw zouden vrouwen hun 
              intrede in de beroepskringen van de rensport maken. Annemiek Beissel 
              von Gymnich werd in 1965 in Nederland de eerste vrouwelijke publiek-trainer 
              bij de volbloeds, nadat ze daarvoor al vanaf 1954 als renamatrice 
              actief was geweest. Een jaar later, op 18 september 1966 maakte 
              de toen 23-jarige Mej. R.R.D. (Ina) Schwarzkächel uit Den Haag 
              in de Polderjongen-prijs met Mona Lisa haar debuut als eerste Nederlandse 
              vrouwelijke jockey. Haar mannelijke collega's, met uitzondering 
              van Henk van der Kraats, bleven die dag na het uitwegen demonstratief 
              in de weegkamer achter. In 1971 won zij als eerste vrouwelijke jockey 
              de ren-Derby, met de schimmelmerrie Cleopatra. Zij kreeg de bijnaam 
              Miss Cesarewitch toen zij in de jaren 1969 tot en met 1973 vijf 
              jaar op rij deze stayersren op haar naam schreef. 
               
              De eerste vrouwelijke profs in de drafsport 
              Een tiental jaren nadat de beroepsrangen van de rensport kennis 
              maakten met vrouwelijke deelnemers, kwamen de eerste vrouwen de 
              beroepsrangen bij de drafsport versterken. De Hilversumse Maria 
              Poort werd in 1975 de eerste vrouwelijke beroeps-pikeur in de Nederlandse 
              drafsport. Ze was in 1966 begonnen als amatrice en werd in 1971 
              leerling-pikeur. Ze was achtereenvolgens verbonden aan het entrainement 
              van Buddy de Vries, waar ze triomfen vierde met o.a. Orange Bowl 
              en Prizefighter, en entrainement Rinus van Leeuwen, waar de combinatie 
              met de ijzeren dame Wanda Pluto talloze successen opleverde. Toen 
              de drafbaan Hilversum eind 1997 haar poorten sloot en Rinus van 
              Leeuwen het trainerschap voor gezien hield, werd Maria Poort beroepstrainer 
              in Lelystad. 
              In 1976 werd Zus Noordam uit 's-Gravenzande de volgende beroepspikeur 
              in de drafsport, een jaar later gevolgd door Jopie Verhoeve uit 
              Appelscha. Zus Noordam werd in 1976 tevens de eerste vrouwelijke 
              beroepstrainer bij de dravers en Jopie Verhoeve volgde in 1977 als 
              tweede. Zus Noordam was eveneens begonnen als amatrice, in 1968, 
              om in 1972 over te stappen naar de rangen van de leerlingpikeurs. 
              Jopie Verhoeve (dochter van trainer Jaap Verhoeve) deed hetzelfde traject sneller, in 1971 amatrice 
              en in 1972 al leerlingpikeur. Later trouwde zij trainer Peter Rutting en heet nu Jopie Rutting-Verhoeve.  
               
              Volwaardige plaats 
              Anno 2009 nemen de vrouwen zowel bij de rensport als de drafsport 
              een volwaardige plaats in naast hun mannelijke collega's. Er zijn 
              thans zeker een dozijn vrouwelijke beroepstrainers bij de dravers 
              actief o.a. . In de rensport waren anno 2008 vijf van de 17 beroepstrainers 
              vrouw, bij de Arabische volbloeds vijf van de 10, dus 50%. Verscheidene 
              klassieke draverijen hebben zij intussen gewonnen met Maria Poort 
              als eerste in 1975, toen zij de Jofferprijs met Orange Bowl won. 
              Meest succesvol daarbij was Mariska Huel, die voor trainer Tjitse 
              Smeding vier klassiekers won. Marianne Vos won in 1982 de Sweepstakes met Veloce. En Margon Schlangen smaakte het genoegen 
              in 1994 met George Scotch de Gouden Zweep uit handen van Prins Bernhard 
              in ontvangst te nemen. Een andere dravertrainster is Sinie de Glee.  
               
              In het monté-genre zijn de rijders momenteel bijna uitsluitend 
              vrouwen. Deze vorm van drafsport werd na een onderbreking van circa 
              25 jaar voor het eerst weer ingevoerd op de draf- en renbaan van 
              Schaesberg op 14 juni 1985. Twee vrouwelijke rijdsters bevonden 
              zich onder de deelnemers, van wie Ankie Munsers met Ultra Regina 
              alle mannen de baas was.  
               
              En ook op de kortebaan staan ze intussen hun mannetje, dat bleek 
              afgelopen jaar toen Manon Pools de eerste vrouwelijke Nederlandse 
              kortebaan-kampioen werd. Maar wie was de eerste vrouw die aan een 
              kortebaandraverij meedeed? Dal zou een mooie vraag kunnen zijn in 
              een kennisquiz over de drafsport. Zeer waarschijnlijk is het goede 
              antwoord de Limburgse eigenaar-rijdster Ine Reuten, die haar paard 
              Idas op 8 september 1977 op de kortebaandraverij van Purmerend door 
              de eerste omloop loodste. 
               
              (einde artikel van Durk Minkema) 
			 
            
              
              Boven: Maria Poort na haar eerste overwinning als leerling-pikeur, 
                met Illya Kuryakin behaald in de Haydn-prijs,  
                Duindigt 24 juli 1971. (foto Jacques van Bellen). 
               
              
              Boven: Mej. B.A. (Zus) Noordam na een  
                overwinning met O Leendert in de Actie Scotchprijs  
                op 12 november 1979 te Hilversum 
                (foto Jacques van Bellen). 
				 
             
               Boven: De 24-jarige Mariska Huel wordt hier gefeliciteerd door  
                NDR-directeur Piet van Binsbergen na haar zege in de Jofferprijs   
               in 1988 met Darling Boszorg. Zij was toentertijd de rechterhand 
               van Tjitse Smeding en bestuurde ook zijn vrachtwagen. Dat maakte  
               veel indruk. 
               Op latere leeftijd was ze een belangrijke medewerkster  
               op entrainement Engwerda. 
               Naar aanleiding van haar overlijden  
               op 55-jarige leeftijd in 2019 is een aparte pagina over 
               haar gemaakt: 
               Click  hier 
                 
               
              
               Boven: Marian Vos, trainer-pikeur, 
                won in 1982 de Sweepstakes met Veloce. 
 
              
              Boven: Jellina Op de Hoek won in 1994 het Europees Kampioenschap 
                voor leerlingen, dat werd verreden op de banen van  
                Groningen (20 augustus) en Tongeren (21 augustus). 
                 
               
              
              Boven: George Scotch en Margon Schlangen bezig aan de  
               ereronde na hun overwining in de Gouden Zweep 1994. 
                Trainster Sinie de Glee leidt het paard langs de tribune.  
                Zij zijn tot nu (2019) toe de enige vrouwelijke winnaars van 
                de Gouden Zweep. De eigenaar van George Scotch 
                was ook een vrouw: Cato de Jongh.
                 
               
               
              
              Boven: Ellen Schagen-Imming op het hoogste schavot bij 
                he Europees Kampioenschap der amatrices in 1997.  
               
			   
Vrouwen op de Kortebaan
(in 2018 overgenomen van www.kortebaandraverijen.nl) 
Marian den Dubbelden was op 24 september 1986 de eerste vrouw die een kortebaan won. Met Perry Anjo won ze tegen een winnende uitbetaling van 203,40 tegen één de kortebaan van Roden. Amper een jaar later kreeg ze met Stien Vos een opvolgster. De leerlingpikeur, destijds in dienst bij Aad Pools, won tijdens haar debuut in Wognum met Volspeed G. Vos won ook een tweede keer; in 1992 met Claudia’s Dream in Venhuizen. Sandra Winkelman was in 1996 de derde die raak schoot. Met Chapman won ze de kortebaan van Purmerend. 
Het lukte het hierboven beschreven trio niet om een  blijvende plek te veroveren op de kortebaan. In dat opzicht is Lindsey Pegram   de eerste vrouw geweest die uitgroeide tot een vaste waarde. Bij  toeval werd ze op de ochtend van de kortebaan van Stompwijk in 1999 gekoppeld  aan Ido Baldwin. Zonder dat ze ook maar enig idee had hoe een kortebaan in zijn  werk ging, liep het gelegenheidsduo de ene na de andere tegenstander naar huis  en won. Het bleek het startsein van een dusver prachtige loopbaan op de  kortebaan, waar ze in eerste instantie als leerlingpikeur (drie  kampioenschappen op rij), daarna op eigen benen als trainster en momenteel als  catchdriver prachtige overwinningen boekt. In 2018 werd ze algemeen kampioen bij de rijders. 
Ook Manon Pools en in mindere mate haar zus Josette waren succesvol. 
En Krista Timmer heeft ook kortebanen gewonnen.  
 
				
                 
                     | 
                 
               
              Boven: De eerste winnares van een kortebaandraverij  
                was Marjan den Dubbelden. Zij won op 29 september 
                1986 de kortebaandraverij in Roden met de 12-jarige  
                Perry Anjo. Dat had niet iedereen verwacht getuige de  
                uitbetalingen van de eerste omloop:  
                winnend fl. 203,40 en plaats fl. 98,40.  
                Marjan den Dubbelden, in 1983 begonnen  
                als leerling-pikeur, was in 1986 pikeur-B. 
                (foto Jacques van Bellen) 
               
				 
              
				 
Vrouwen in de drafsport in de XXIe eeuw 
 In het begin van de XXI-ste eeuw is de drafsport nog steeds een mannenbolwerk. De eerste vrouwelijke trainer-pikeur uit de vorige eeuw, Maria Poort, is aan het afbouwen en onder andere Carolien Aalbers heeft haar opgevolgd. In 2018 stond zij 13e in het eindklassement bij de beroepstrainers, als enige vrouw in de top-25. Bij de pikeurs stond ze 31e met 3 zeges, gevolgd door Manon Pools (34e), Lindsey Pegram (35e), Mariska Huel (39e), Krista Timmer (37e) en Rosalie Janssen (51e), allen met 1 zege. 
 Bij de amatrices zien we natuurlijk alleen maar dames.  
 Het monté-rijders-gilde is in NL een echt vrouwenbolwerk met in 2018 de volgende volgorde in de eindstand: Susan Wiedijk, Sietske de Vries, Marleen Knopp, Angeline Batist, Linda Hamming en Leonie Vethaak.
  
 
              
             Boven: Rosalie Janssen in 2001 na het behalen van haar 30-ste zege,  
              waarna ze zich pikeur mocht noemen. Tegenwoordig is ze als  
              trainer-pikeur actief, samen met haar partner Luit de Vries.  
             
              
             Boven: Cover van het blad Draaf nr. 7 uit 2009: 
              Beroepstrainer Carolien Aalbers afgebeeld als 'vamp', met een zweep. 
              In de koers ziet ze er misschien nog wel leuker uit,  
              zie hieronder....  
             
				
             Boven: Beroepstrainer Carolien Aalbers wordt te Wolvega  
              geïnterviewd na haar zege met Ennyus Boko op 13-03-2019. 
              Zij is succesvol op de lange- en kortebaan. 
              Zij is  geboren te Nootdorp, startte in Leidschendam een  entrainement  
              en verhuisde in 2005 met haar stal naar Callantsoog 
 
               
				
             Boven: Lindsey Pegram is ook beroepstrainer en specialiste  
              op de kortebaan. Hier ontvangt zij de Rabobank Pikeursprijs  
              IJmond 2017. Ze werd zelfs kampioenpikeur op de kortebaan in 2018.  
             
              
            Boven: Manon Pools maakt als pikeur vooral furore op de kortebaan,  
              niet vreemd met Aad Pools als vader. Hier staat ze thuis in Heemskerk  
              met haar lievelingspaard Viva's Limburgia.  
             
              
              Boven: Hilda Hofstra was amatrice-kampioene in 2004 en 2005. 
 
              
              Boven: Annemiek Beekman was een uitstekende amatrice. 
                Zij werd kampioene in 2006.  
 
              
              Boven: Hiltje Tjalsma is veelvoudig amatrice-kampioen van NL. 
In 2018 werd ze in Florence zelfs Europees Kampioene en hier  
              toont ze in het midden haar gouden medaille. 
 
              
              Boven: Lichtgewicht Samantha Stolker werd amatrice-kampioen 
                in 2016 en 2018. In 2019 zelfs Europees Kampioene bij de amatrices.
 
 
              
              Boven: Susan Wiedijk, Monté-kampioene van 2006 t/m 2009 
                en in 2018. Hier zit ze op haar vroegere monté-crack Swiebertje Kes.  
 
              
              Boven: Krista Timmer uit Heemskerk is al jaren semi-professioneel  
                bezig in de drafsport en rijdt ook graag en goed op de kortebaan.  
 
              
              Boven: Linda Hamming werd in 2012 Monté-kampioene. 
De dochter van Ellen en Henk Hamming staat hier  
met de Duitse hengst Velten Revenge.  
 
                
                Drafsport: 
                Voor een lijst met alle amatrice-kampioenen sinds 1951, 
                en hierop staan ook alle vrouwelijke kampioenen bij leerling-pikeurs, 
                te weten Tilly Neelen (1988), Jellina op de Hoek (1993),  
                Lindsey Pergam (2000 en 2001), Manon Pools (2005), 
                Lisette de Munnik (2006) en Josette Pools (2012)
                 
Click hier 
 
Voor meer foto's van amatrices: 
Click hier 
  
 
 
  Vrouwen in de rensport in de XXIe eeuw
              
              Boven: Karin van de Bos is trainer van Arabische Volbloeds en  
                is daarmee internationaal zeer succesvol.  Hier zien we haar in 1995.  
 
              
              Boven: Karin van de Bos in 2003 na een zege van haar ren-arabier   
                D'Artagnan met de Deense jockey Luis Villarroel  
                in de DARC-Stayers Cup.  
 
              
              Boven: 20 jaar later.... Karin van den Bos en haar beste  
                Arabische Volbloed Samima  thuis in Waterland.  
              Karin is in 2014 in Hollywood uitgeroepen tot 's werelds  
              beste vrouwelijke trainer van Arabische Volbloeds.  
 
               
  
 
         
  
 
            		   |